JSpring vond net als JFall
van afgelopen jaar weer plaats in de Reehorst in Ede, een mooie
locatie en vooral goed bereikbaar met de auto. Er stonden weer
diverse bedrijven met een stand en probeerden op allerlei manieren op
te vallen. AMIS had een racebaan uitgezet waar je met kleine
Ferrari’s kon rondracen.
De eerste sessie die
ik bijwoonde was: “Bitter Java Server Faces†door Stijn van den
Enden. Stijn gaf direct aan dat hij niet vond dat JSF Bitter was,
maar dat het voor veel beginners wel zo ervaren werd. Dit was ook de
reden dat ik naar deze sessie toeging. Ik ben tegen rare en
onverklaarbare dingen aangelopen toen ik met JSF begon. De
belangrijkste boodschap van de presentatie was om de JSF lifecycle
erg goed te begrijpen en wat de consequenties van het vroegtijdig
verlaten van de lifecycle zijn. Wat ik zelf ook interessant vond was
de korte uitleg over unit-testen. De presentatie zat erg goed in
elkaar en is erg bruikbaar voor als ik weer aan de slag ga met JSF.
Voor de volgende
presentatie kon ik de zaal blijven zitten. Deze ging over Adobe Flex
als alternatief voor JSF/Ajax en werd gegeven door Franck de Bruijn.
Het grootste gedeelte ging over de voordelen van een
desktopapplicatie en hoe handig één object laden in je
browser wel niet was. Een bezoeker merkte ook op dat de presentatie
erg leek over een presentatie over Applets van jaren geleden. Toch
biedt Flex interessante mogelijkheden voor onder andere
intranetapplicaties en applicaties waar de GUI belangrijk is.
Toen was het tijd
voor de middagpauze. Xebia begon met uitreiking van de certificaten
van de Spring-cursus die samen met NLJUG georganiseerd was. Wouter,
Gregory en ik mochten alledrie een certificaat in ontvangst nemen.
Na de middagpauze
was de presentatie van Duncan Mills. De presentatie ging over
Meta-frameworks (frameworks voor frameworks). Als belangrijke
frameworks noemde hij ADF, Spring, Keel, JBoss Seam en Apache
Beehive. Keel had bijna niemand van gehoord, maar is toch wel nuttig
om eens naar te kijken. Er werden wat tips gegeven over waar je op
moest letten als je een framework ging bouwen. Database independent
ontwikkelen vond hij niet goed omdat je jezelf dan enorm beperkt met
de mogelijkheden van je database. Een ander punt was dat er niet zo
gezeurd moet worden over alles voor je framework in XML willen
configureren of alles met annotations willen doen, er zal
uiteindelijk een goede balans voor komen. Voor de rest was het ook
een erg vermakelijke presentatie, waarschijnlijk ook voor mensen die
niet geïnteresseerd waren in het onderwerp.
De volgende sessie
was er op het laatste moment bijgekomen en ging over Spring 2.0. Maar
eerst ging ik even langs Wouter om hem succes te wensen. Wouter gaf
een presentatie over OpenOffice en wat de mogelijkheden van de
bijbehorende Java API zijn. Aan het eind van zijn sessie stond ik
buiten te wachten en de mensen die buiten kwamen hadden het allemaal
over het onderwerp en niemand was voortijdig naar buiten gevlucht,
volgens mij een erg geslaagde presentatie.
De presentatie over
Spring 2.0 was ik erg blij mee. Het gaf een snelle overview van de
nieuwe mogelijkheden. Het mooie van Spring 2.0 is dat het volledig
backwards compatible met oudere versies van Spring is. Degene die
presenteerde gaf aan dat je de jar van Spring 1.2 kon vervangen met
een jar van Spring 2.0 en dat het geen problemen zou opleveren, erg
fijn voor ontwikkelaars. De final versie van Spring 2.0 zal begin
juli uitkomen.
Ondanks dat ik maar
4 sessies kon bijwonen was het een erg leuke en leerzame dag. Voor
Springmensen was er veel te doen. Over JSF had ik wat meer dingen
verwacht, maar dat komt misschien met JFall. Daarnaast waren er ook
nog wat onderwerpen die weinig met de rest te maken hadden zoals
Distributed caching, Ruby, Realtime Java, Integratie met OpenOffice
en muziek maken in Netbeans.